CELINE VERRASSEN MET EEN PUPPY! 🐶 #236

Is het jouw hond of jou hond?

Gevraagd door: Noortje Korkmaz  |  Laatste update: 4 december 2023
Score: 4.5/5 (16 stemmen)

Jouw – mét een W – schrijven we alleen zo als het woord zelf meteen ook het bezit aangeeft. Andere bezittelijke voornaamwoorden zijn: mijn, uw, zijn, haar, ons/onze, jullie en hun. Ook bij het woord jou – zonder de W – kan er sprake zijn van bezit: De hond van jou is daar een goed voorbeeld van.

Hoe weet je of het jou of jouw is?

Als ik jou was, zou ik jouw moeder om raad vragen. De eerste “jou” is een persoonlijk naamwoord (je kunt het vervangen door “hem”), dus voeg je geen w toe. De tweede “jouw” is een bezittelijk voornaamwoord (je kunt het vervangen door “zijn”), dus voeg je een w toe.

Is het je of jouw?

Als bezittelijk voornaamwoord van de tweede persoon enkelvoud kan zowel de volle vorm jouw als de gereduceerde vorm je gebruikt worden. Jouw is nadrukkelijker dan je. Als er geen speciale nadruk nodig is, wordt in de praktijk vaker voor je dan voor jouw gekozen.

Is het jou of jouw juf?

Jou is een 'persoonlijk voornaamwoord'. Andere persoonlijke voornaamwoorden zijn ik, mij, zij, hem, u en wij. Wie twijfelt tussen jou en jouw, kan jou(w) in gedachten vervangen door hem (kan alleen persoonlijk voornaamwoord zijn) of zijn (kan alleen bezittelijk voornaamwoord zijn). Als hem in de zin past, is jou goed.

Is het jou of jouw weekend?

Als je het door “zijn” kunt vervangen, is het jouw (bezittelijk voornaamwoord). Als je het door “hem” kunt vervangen, is het jou (persoonlijk voornaamwoord). In dit geval kun je wel zeggen “bij hem thuis”, maar niet “bij zijn thuis”, dus moet het “jou” zijn.

39 gerelateerde vragen gevonden

Is het jou of jouw broer?

Jou is een persoonlijk voornaamwoord, jouw is een bezittelijk voornaamwoord.

Is het jou of jouw familie?

Wanneer je verwijst naar een bezit (bezittelijk voornaamwoord), gebruik je 'jouw'. Wanneer je verwijst naar een persoon (persoonlijk voornaamwoord), gebruik je 'jou'.

Is het jou of jouw ouders?

More videos on YouTube

Het woord jou gebruik je dus om te verwijzen naar een persoon. Bijvoorbeeld: 'Ik heb jou gisteren opgehaald' of 'Mijn moeder zag jou door de stad lopen'. Het woord 'jouw' wordt dus gebruikt om bezit aan te duiden.

Is het jou of jouw vrienden?

'Jouw' (4 letters, wel een w) is een bezittelijk voornaamwoord en verwijst dus naar bezit: 'ik heb jouw fiets geleend'. 'Jou' (3 letters, geen w) is een persoonlijk voornaamwoord en verwijst naar een persoon: 'Ik heb jou zien fietsen'. Dat kan je toch wel onthouden?

Is het jou of jouw oma?

De woorden 𝙟𝙤𝙪 en 𝙟𝙤𝙪𝙬 worden vaak verkeerd gebruikt. Ik geef je graag een korte uitleg zodat je voortaan weet of het jou of jouw schoenen zijn. 𝗝𝗼𝘂𝘄 𝗼𝗺𝗮 𝗶𝘀 𝗱𝗲 𝗹𝗶𝗲𝗳𝘀𝘁𝗲 / 𝗗𝗮𝘁 𝘀𝗵𝗶𝗿𝘁 𝗶𝘀 𝘃𝗮𝗻 𝗷𝗼𝘂 Je gebruikt jouw om bezit aan te duiden. Zo simpel is het inderdaad.

Is het jouw of jou thuis?

De correcte vorm is bij jou thuis.

Op dezelfde manier zeggen we ook bij mij thuis, bij hem thuis of bij Lisa thuis. Thuis kan in deze constructies worden weggelaten zonder dat er aan de betekenis iets fundamenteels verandert.

Is het jou of jouw boek?

Jouw is een bezittelijk voornaamwoord. Jouw kan worden vervangen door een ander bezittelijk voornaamwoord, bijvoorbeeld door mijn of zijn. Wat is jouw naam?, zoals Wat is mijn naam? Dat is jouw boek, jouw zaak, jouw zus, zoals Dat is zijn boek, zijn zaak, zijn zus.

Is het jou of jouw mail?

Helaas een taalfout in opkomst: jou huis, jou e-mail, jou baan. Ja, het klopt dat bezittelijke voornaamwoorden zo kunnen klinken als je ze snel (of slordig) uitspreekt. Maar nee, het woord 'jou' gebruik je nooit wanneer het om een bezit gaat. Dan hoort er een w achter jou: jouw.

Is het Ik ben ouder dan jou of jij?

Als het voornaamwoord de functie van onderwerp vervult, is jij de correcte vorm. Als het om een lijdend of meewerkend voorwerp gaat, is jou correct.

Is dit jouw jas of iemand anders jas?

'Is dit jouw jas of iemand anders jas? ' Is dit goed gespeld? ! Nee, er ontbreekt een apostrof: iemand anders' jas is juist.

Is het wij wensen jou of jouw?

'Ik wens jouw een mooi 2018' is geen juiste zin. Jouw is een bezittelijk voornaamwoord, dat past in een zin als 'Hopelijk wordt 2018 jouw jaar. ' Wie twijfelt tussen jou en jouw, kan het woord u of uw invullen: 'Hopelijk wordt 2018 uw jaar' is wel een goede zin, 'Ik wens uw een mooi 2018' niet.

Is het jou of jouw gezondheid?

Ezelsbruggetje: hem of zijn

Vervang dat woord dan door hem of door zijn. Past het woord hem, dan moet het jou zijn. Past het woord zijn, dan wordt het jouw.

Is het u of uw moeder?

Je schrijft een 'w' als je 'u' combineert met een substantief. Het substantief staat direct achter 'uw'. Je schrijft dus een 'w' als je 'u' possessief gebruikt. Uw koffie staat klaar.

Wat is jou of jouw naam?

De correcte spelling is jouw naam. De spelling jou naam* is niet correct. In de combinatie jouw naam kunt u jouw vervangen door een ander bezittelijk voornaamwoord, bijvoorbeeld mijn, zijn of uw.

Is het jou of jouw dag?

Maar een korte duidelijke uitleg is onmisbaar. Je gebruikt het woordje jouw bij een bezit. Als je wilt uitdrukken dat iets van jou is, gebruik je dus 'jouw'. Het wordt ook wel een “bezittelijk voornaamwoord” genoemd.

Is het je vader of jouw vader?

jou = mij en jouw = mijn. De woorden 'mijn' en 'jouw' zijn bezittelijke voornaamwoorden. Er staat altijd een woord achter voor iets waar ik of jij de eigenaar van zijn. De woorden 'mij' en 'jou' zijn persoonlijke voornaamwoorden.

Wat is jouw mening?

Jouw mening: wat is dat? Jouw mening is jouw oordeel over een situatie. Je zou ook kunnen zeggen: het is jouw idee, gedachte, inzicht of zienswijze over een bepaalde situatie. Jouw mening is jouw opinie, standpunt of opvatting over iets.

Hoe gaat het met u of jou?

Hoe gaat het met jou is correct. In dit geval is er geen sprake van een bezitsrelatie en “jou” wordt niet gevolgd door een zelfstandig naamwoord, dus de vorm zonder w is correct. Jou is hier een persoonlijk voornaamwoord.

Is het hun of zij?

Als het voornaamwoord de functie van onderwerp vervult, is zij de correcte vorm. Als het om een lijdend voorwerp gaat, is hen correct. Als het om een meewerkend voorwerp gaat, is hun (of aan hen) correct.

Volgende artikel
Hoeveel kleding kind 4 jaar?