Is het jouw of jou feestje?
Gevraagd door: dr. Giovanni de Leeuw | Laatste update: 14 november 2023Score: 4.2/5 (24 stemmen)
U en jou gebruik je dus als je verwijst naar personen. Uw en jouw gebruik je als je verwijst naar iemands bezit. Lees maar mee met de volgende voorbeelden: Je plus-one is bij jou thuis en jullie willen bijna vertrekken naar het feestje van Melanie.
Is het jouw feest of jou feest?
Als je het door “zijn” kunt vervangen, is het jouw (bezittelijk voornaamwoord). Als je het door “hem” kunt vervangen, is het jou (persoonlijk voornaamwoord).
Hoe weet je of het jou of jouw is?
Als ik jou was, zou ik jouw moeder om raad vragen. De eerste “jou” is een persoonlijk naamwoord (je kunt het vervangen door “hem”), dus voeg je geen w toe. De tweede “jouw” is een bezittelijk voornaamwoord (je kunt het vervangen door “zijn”), dus voeg je een w toe.
Is het jou of jouw verjaardag?
Het is uw verjaardag (met een w), dus het is ook jouw verjaardag (met een w). Maar: ik heb goed naar u geluisterd (zonder w), dus ook: ik heb goed naar jou geluisterd.
Is het jou of jouw zusje?
Jouw is een bezittelijk voornaamwoord. Jouw kan worden vervangen door een ander bezittelijk voornaamwoord, bijvoorbeeld door mijn of zijn. Wat is jouw naam?, zoals Wat is mijn naam? Dat is jouw boek, jouw zaak, jouw zus, zoals Dat is zijn boek, zijn zaak, zijn zus.
Is het jou of jouw vrienden?
'Jouw' (4 letters, wel een w) is een bezittelijk voornaamwoord en verwijst dus naar bezit: 'ik heb jouw fiets geleend'. 'Jou' (3 letters, geen w) is een persoonlijk voornaamwoord en verwijst naar een persoon: 'Ik heb jou zien fietsen'. Dat kan je toch wel onthouden?
Is het jouw of jou zoontje?
Jou is een 'persoonlijk voornaamwoord'. Andere persoonlijke voornaamwoorden zijn ik, mij, zij, hem, u en wij. Wie twijfelt tussen jou en jouw, kan jou(w) in gedachten vervangen door hem (kan alleen persoonlijk voornaamwoord zijn) of zijn (kan alleen bezittelijk voornaamwoord zijn). Als hem in de zin past, is jou goed.
Is het jou of jouw familie?
Wanneer je verwijst naar een bezit (bezittelijk voornaamwoord), gebruik je 'jouw'. Wanneer je verwijst naar een persoon (persoonlijk voornaamwoord), gebruik je 'jou'.
Is het jou of jouw dag?
Antwoord. De juiste spelling is: Ik heb jou jouw auto zien parkeren. Jou is een persoonlijk voornaamwoord, jouw is een bezittelijk voornaamwoord.
Is jouw correct?
Ja, 'je reactie' is ook correct. Dat komt omdat je 'je' als persoonlijk én als bezittelijk voornaamwoord kunt gebruiken. 'Jouw' gebruik je vooral als je de nadruk op het bezit wilt leggen. Als er geen speciale nadruk nodig is, dan wordt in de praktijk vaker voor 'je' dan voor 'jouw' gekozen.
Is het bij jou thuis of bij jouw thuis?
De correcte vorm is bij jou thuis.
Thuis is in deze constructie een bijwoord van plaats dat bij jou nader bepaalt: 'niet bij jou op het werk of bij jou op school, maar bij jou thuis'. Op dezelfde manier zeggen we ook bij mij thuis, bij hem thuis of bij Lisa thuis.
Is het je moeder of jouw moeder?
Als bezittelijk voornaamwoord van de tweede persoon enkelvoud kan zowel de volle vorm jouw als de gereduceerde vorm je gebruikt worden. Jouw is nadrukkelijker dan je. Als er geen speciale nadruk nodig is, wordt in de praktijk vaker voor je dan voor jouw gekozen.
Is het jou of jouw aanwezigheid?
Het woord jou gebruik je dus om te verwijzen naar een persoon. Bijvoorbeeld: 'Ik heb jou gisteren opgehaald' of 'Mijn moeder zag jou door de stad lopen'. Het woord 'jouw' wordt dus gebruikt om bezit aan te duiden.
Hoe gaat het met u of jou?
Hoe gaat het met jou is correct. In dit geval is er geen sprake van een bezitsrelatie en “jou” wordt niet gevolgd door een zelfstandig naamwoord, dus de vorm zonder w is correct. Jou is hier een persoonlijk voornaamwoord.
Is het wij wensen jou of jouw?
'Ik wens jouw een mooi 2018' is geen juiste zin. Jouw is een bezittelijk voornaamwoord, dat past in een zin als 'Hopelijk wordt 2018 jouw jaar. ' Wie twijfelt tussen jou en jouw, kan het woord u of uw invullen: 'Hopelijk wordt 2018 uw jaar' is wel een goede zin, 'Ik wens uw een mooi 2018' niet.
Is het jou of jouw oma?
De woorden 𝙟𝙤𝙪 en 𝙟𝙤𝙪𝙬 worden vaak verkeerd gebruikt. Ik geef je graag een korte uitleg zodat je voortaan weet of het jou of jouw schoenen zijn. 𝗝𝗼𝘂𝘄 𝗼𝗺𝗮 𝗶𝘀 𝗱𝗲 𝗹𝗶𝗲𝗳𝘀𝘁𝗲 / 𝗗𝗮𝘁 𝘀𝗵𝗶𝗿𝘁 𝗶𝘀 𝘃𝗮𝗻 𝗷𝗼𝘂 Je gebruikt jouw om bezit aan te duiden. Zo simpel is het inderdaad.
Wat is jou of jouw naam?
De correcte spelling is jouw naam. De spelling jou naam* is niet correct. In de combinatie jouw naam kunt u jouw vervangen door een ander bezittelijk voornaamwoord, bijvoorbeeld mijn, zijn of uw.
Is het vind jouw Of vindt jouw?
De correcte vervoeging is je/jij vindt.
Als het onderwerp je/jij achter de persoonsvorm staat, is de correcte vervoeging vind je/jij. Bij combinaties met je is het niet altijd even duidelijk of je het onderwerp van de zin is.
Is het jou of jij?
Als het voornaamwoord de functie van onderwerp vervult, is jij de correcte vorm. Als het om een lijdend of meewerkend voorwerp gaat, is jou correct. Die dubbele analyse is bijvoorbeeld mogelijk bij werkwoorden die een oordeel of waardering uitdrukken (zoals vinden, appreciëren, achten).
Wat is jouw mening?
Jouw mening: wat is dat? Jouw mening is jouw oordeel over een situatie. Je zou ook kunnen zeggen: het is jouw idee, gedachte, inzicht of zienswijze over een bepaalde situatie. Jouw mening is jouw opinie, standpunt of opvatting over iets.
Is het hun of zij?
Als het voornaamwoord de functie van onderwerp vervult, is zij de correcte vorm. Als het om een lijdend voorwerp gaat, is hen correct. Als het om een meewerkend voorwerp gaat, is hun (of aan hen) correct.
Is het Bedankt voor u of uw reactie?
In het kort
Wanneer je verwijst naar een bezit (bezittelijk voornaamwoord), gebruik je 'uw'. Wanneer je verwijst naar een persoon (persoonlijk voornaamwoord), gebruik je 'u'.
Hoe schrijf je u of uw?
Vroeger werd u als aanspreekvorm met een hoofdletter geschreven, maar dat is tegenwoordig niet meer gebruikelijk. Conform de andere persoonlijke voornaamwoorden, schrijven we u (en ook het bezittelijk voornaamwoord uw) met een kleine letter, behalve als het aan het begin van een zin staat.
Is het wat of dat?
Het woord 'dat' wordt gebruikt als je verwijst naar een bepaald zelfstandig naamwoord. Voor onbepaalde verwijzingen gebruik je daarentegen 'wat'.
Is een bronchitis gevaarlijk?
Wat is het verschil tussen sociaal en maatschappelijk werk?